DE KANSEN VAN DYSLEXIE

Dyslexie door slecht onderwijs? Onzin!

Donderdag 9 februari 2017

Vanmorgen stond ik op, deed mijn mobiel aan en zag dat er 65 nieuwe whatsapp-berichten klaarstonden om gelezen te worden. Alle 65 berichten gingen over hetzelfde; een hoogleraar vertelt in het AD van vanmorgen dat ze twijfelt of dyslexie wel bestaat. Er moet volgens haar gewoon meer worden geoefend!

Ik ging aan de ontbijttafel zitten, waar mijn drie dyslectische kinderen ook zaten. Hoe ging ik ze dit nou uitleggen? Ik moest er wat mee, want zowel leerkrachten als leerlingen kunnen mijn kinderen dit nieuws ook vertellen en dan wilde ik dat ze een goed antwoord kunnen formuleren.

Bosman, de hoogleraar die dit allemaal meent, geeft mij als dyslecticus het gevoel dat ik gewoon meer had moeten stampen. Dat mijn kinderen beter onderwijs hadden moeten hebben en ook meer hadden moeten stampen. Mijn kinderen en ik hebben heel wat meer afgestampt dan menig kind. Helaas maak ik nog steeds spelfouten. Stampen helpt tot op een bepaalde hoogte. Dit blijkt uit vele neurologische onderzoeken.

In 2016 heb ik (Tamara Vreeken) samen met Stephanie Rabe en Marjolein van Trigt een stichting opgezet, HOI Foundation. Hiermee willen wij het deel aanstippen dat nog nauwelijks wordt belicht, namelijk het welzijn van de dyslectische kinderen! Stel je voor, je moet elke dag naar je werk waar je wordt beoordeeld op de onderdelen die je heel erg moeilijk vindt. Elke dag, jaar in, jaar uit! En je kunt geen ontslag nemen. Hoe zou jij je voelen?

Dit is wat deze kids doormaken. Jarenlang. Naast wetenschappelijk bewezen effectieve dyslexie-behandelingen voor het verbeteren van de lees- en schrijfvaardigheden, waarmee bijvoorbeeld het Regionaal Instituut voor Dyslexie (RID) werkt, is er ook aandacht nodig voor het welzijn. Zo’n dame, mevrouw Bosman, ondermijnt de kwaliteiten en vaardigheden van deze kinderen totaal.

Er is een probleem met de vele onterecht afgegeven dyslexie-verklaringen. Dit gebeurt veelal in de laatste jaren van de middelbare school. Kinderen die moeite hebben met spelling of lezen hebben veel baat bij de 10% meer tijd op hun examen (6 minuten extra!). Of bij sommige examens het gebruik van een spellingchecker. Onze vraag is dan ook: waarom mogen deze kinderen (zonder dyslexie) niet gewoon ook 6 minuten meer tijd krijgen, als dat ze zo enorm helpt? En in het beroepsonderwijs is een spellingchecker niet meer weg te denken. Docenten die spelfouten zien in werkstukken geven verbaasd aan: ‘Heb je niet genoeg tijd gehad om je stuk door de spellingchecker heen te halen?’

Dus laten we afsluiten met te zeggen: Ja, er mogen dingen veranderen in het onderwijssysteem en niet omdat de docenten zo slecht zijn. Kijk naar de potentie en de leermogelijkheden van elke leerling en pas het systeem daarop aan. En ten tweede: dyslexie bestaat! Gelukkig maar. Dyslectici zijn andersdenkenden, die enorm waardevol zijn in onze huidige en toekomstige maatschappij. Laten we ze op school niet het gevoel geven dat ze door veel te stampen wel foutloos leren spellen. Laten we ze op school juist het gevoel geven dat ze alles kunnen worden wat ze willen, zonder beperkingen of belemmeringen. Voor alles is een weg te vinden.